Pluimveeweb: Controle instanties in de fout: fipronilcrisis was te voorkomen

18-06-2018

Arnhem, vrijdag 15 juni 2018
aangepast: maandag 18 juni 2018

Controlerende instanties zagen over het hoofd dat Chickfriend met nog een ander verboden middel dan fipronil werkte bij de bestrijding van bloedluizen. Dat concludeert een onafhankelijke deskundige. De fipronilcrisis had mogelijk kunnen worden voorkomen, schrijft Omroep Gelderland donderdag 14 juni.

Omroep Gelderland had inzage in werkbonnen die pluimveehouders van Chickfriend kregen voor de bestrijding van bloedluis. Op de bonnen stond fipronil niet vermeld, maar het verboden biologische middel Dega 16 wel. Fipronil werd vermengd met Dega 16.

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en de toezichthoudende partijen in de eiersector IKB Ei en Skal Biocontrole hadden in de boekhouding kunnen zien dat Dega 16 werd gebruikt. Dan had Chickfriend moeten stoppen met de bestrijding van bloedluis en was er geen fipronil terechtgekomen in achtereenvolgens de stallen, de kippen en de eieren.

Anonieme tip: mengsel fout gebruikt

Een anonieme tipgever liet november 2016 de NVWA weten dat fipronil werd toegevoegd aan Dega 16 en dat dit mengsel foutief werd gebruikt. De sector werd hierover begin augustus via een Kamerbrief geïnformeerd. Toen waren al meer dan 200 pluimveebedrijven geblokkeerd.

Pluimveehouders die Chickfriend hadden ingehuurd, kregen van het bedrijf te horen dat er gebruik werd gemaakt van een biologisch middel. Volgens de productsamenstelling bevatte het ook alleen natuurlijke ingrediënten. Pluimveehouders verklaren dat verzwegen werd dat er fipronil in zat. Pluimveehouders dachten dat Dega 16 destijds was toegestaan, omdat het middel een natuurlijk product is.

Dega 16 is en was verboden

Dega 16 is en was verboden, zegt het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden. „Ieder middel dat op de markt gebracht wordt met een biocidenclaim - het doden van organismen - moet door het Ctgb zijn toegelaten voordat het gebruikt en/of verhandeld mag worden. Het doet er dan niet toe of de herkomst van het middel chemisch, ‘natuurlijk’ of wat dan ook is. Dat geldt ook voor Dega 16 en dat was en is niet door ons toegelaten.”

Skal: niets over het hoofd gezien

Biologische pluimveehouders worden gecontroleerd door Skal Biocontrole. Skal zegt dat het niets over het hoofd heeft gezien. De controleur geeft aan dat natuurlijke plantenextracten wél zijn toegestaan bij het reinigen van een biologische stal, maar het mag dus niet worden ingezet bij de bestrijding van bloedluis.

Een woordvoerder van Skal: „Voor het in de handel brengen van biocide is inderdaad een Ctgb-goedkeuring nodig. Voor reinigingsmiddelen niet. Onze inspecteurs hebben inderdaad enkele malen Dega 16 aangetroffen, maar hebben het beoordeeld als ontsmettingsmiddel en niet het gebruik als biocide herkend. Skal had natuurlijk graag de fipronilcrisis voorkomen of beperkt. Echter: Dega 16 is als ontsmettingsmiddel beoordeeld. Wel hadden de gebruikers de samenstelling moeten controleren. Daarmee was echter nog niet de illegaal toegevoegde fipronil opgespoord.”

Eiersector: controlesysteem niet waterdicht

De eiersector erkent dat het controlesysteem niet waterdicht was. Eerder liet voorzitter Hennie de Haan van de Nederlandse Vakbond Pluimveehouders al weten dat de aanpak van bloedluis niet werd gecontroleerd. Het viel niet onder het protocol van de controlerende instanties binnen de eiersector: IKB Ei. „Ongediertebestrijding van ratten en muizen wel, maar bloedluisbestrijding niet. Want dat is insectenbestrijding”, zegt De Haan.

Er wordt nu hard gewerkt aan een witte lijst van middelen die mogen worden toegepast op een pluimveebedrijf, waaronder alle vormen van plaagdierbestrijding. Ook in een onlangs verschenen rapport van een werkgroep, waarin de overheid, bedrijven uit de eiersector en de NVWA zitten, staat dat op pagina 10 beschreven. Een van de aanbevelingen in dat rapport is om vanaf nu bloedluisbestrijding wel te gaan controleren.

Debat over voedselveiligheid

Donderdag 14 juni was er in de Tweede Kamer een debat over voedselveiligheid. Het ging onder meer over de fipronilaffaire. Eind juni komt de commissie-Sorgdrager met haar rapport over de affaire. Het ministerie en de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit willen pas na de presentatie van dat rapport een reactie geven.

Lees het hele artikel op de website van Omroep Gelderland. De regionale omroep publiceerde ook een video en radiofragment.

Tekst:Omroep Gelderland & Tom Schotman

 
 

Inloggen op de ledenportal