Boerderij: 'Campylobacter-besmettingen stagneren'

PLUIMVEEHOUDERIJ
Parma – Na jarenlange stijging is het aantal campylobactor-besmettingen bij mensen in de Europese Unie gestagneerd tussen 2009 en 2013. Dit meldt de Europese voedselautoriteit Efsa in een rapport over zoönoses. Uit de laatste cijfers uit 2013 blijkt dat campylobacter wel veruit de meest gemelde zoönotische bacterieziekte bij mensen blijft.

Bron van besmetting was in veel gevallen kippenvlees of producten hiervan. Efsa bemonsterde ook kippenvleesproducten, waarbij 31,4 procent positieve testte op de campylobacter-bacterie. Dit leek een forse toename in vergelijking met voorgaande jaren, maar is volgens de organisatie zelf te verklaren doordat Kroatië voor het eerst cijfers aanleverde in 2013.

Ook salmonella werd veel terug gevonden in pluimveevlees. Kalkoenenvlees testte het meest positief met een percentage van 5,4 procent. Daarnaast bleek in mindere mate ook varkens- en rundervlees besmet. Wel nam het aantal salmonella-besmettingen van mensen met bijna 8 procent af tussen 2009 en 2013, een trend die al langer gaande was. In deze periode waren er 59 fatale besmettingen in negen landen binnen de Europese Unie. Besmettingen via voedsel waren toe te schrijven aan onder andere eieren en visproducten. Ook bij commercieel pluimvee kwam salmonella de afgelopen jaren minder voor binnen de Europese Unie, aldus de voedselautoriteit.

Wel bleek in de onderzochte periode het aantal E. coli-besmetting significant gestegen. Tussen 2012 en 2013 nam het aantal besmettingen van mensen met Verocytotoxigenic E.coli (waaronder bijvoorbeeld de Ehec-bacterie) met 6 procent gestegen. Efsaschrijft dit toe aan een mogelijk toenemend bewustzijn waardoor meer melding wordt gemaakt en aangepaste laboratoriumtesten.
door KIRSTEN GRAUMANS 29 jan 2015