30 okt 2015
Den Haag – Het kabinet wil een integraal voedselbeleid ontwikkelen waarin volksgezondheid, milieu en veiligheid centraal staan. Het kabinet wil onder meer gezonde voeding promoten en het gebruik van antibiotica in de veehouderij tegengaan.
Dat schrijven minister Edith Schippers (Volksgezondheid) en staatssecretaris Sharon Dijksma (Economische Zaken).
Productie en consumptie niet duurzaam
De bewindspersonen reageren op een rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR). Ze onderschrijven de conclusie van de WRR dat de huidige voedselproductie en consumptie op lange termijn ten koste gaan van het milieu. De inzet van gewasbeschermingsmiddelen moet daarom worden verminderd, aldus het duo.
Om de volksgezondheid te verbeteren wil het kabinet gezonde voeding promoten. Een gezonde voedselkeuze is volgens de kabinetsreactie veelal een duurzame keuze. Zo is het eten van meer groenten en fruit volgens de brief zowel goed voor de gezondheid als voor het milieu. Het kabinet zet ook in op alternatieve eiwitten, zoals peulvruchten en kweekvlees.
Oerwoud aan keurmerken
Om de keuze voor een duurzaam product makkelijker te maken, wil het kabinet orde scheppen in het oerwoud aan keurmerken. Voedselverspilling moet verder worden teruggedrongen en het kabinet wil dat de consument meer inzicht krijgt in de werkelijke kosten van een product, inclusief kosten voor natuur en milieu.
Schippers: "De consument kiest zelf, maar moet goede informatie kunnen vinden op het etiket en op de website van het Voedingscentrum. Met het bedrijfsleven heb ik de afspraak om producten stapsgewijs gezonder te maken. Ook in Europa wil ik hierin stappen zetten."
Economische kans
Dijksma benadrukt dat Nederland economisch kan profiteren van een slag naar meer duurzaamheid. "Nederland is met vernieuwende voedselproductie toonaangevend in de wereld. Als we vanuit gezondheid en duurzaamheid formuleren wat voor voedsel we op ons bord willen hebben, dan is onze agrosector in staat dat te leveren."
CBL tegen meer regulering
De belangenorganisatie van levensproducenten, het CBL, vindt regulering vanuit een centraal sturende overheid overbodig. Niet alleen voldoen branches en ketens aan Brusselse en Haagse wetgeving, zij werken ook volop aan bovenwettelijke invulling van de maatschappelijke behoeften van de vier miljoen klanten die dagelijks de Nederlandse supermarkt bezoeken.