Frankrijk telt inmiddels dertien gevallen van vogelgriep, de meeste op bedrijven met eenden of ganzen in het zuidwesten van het land. De kleinste getroffen bedrijven hebben slechts enkele tientallen dieren, maar daarnaast gaat het ook om een pluimveehouderij in Doazit met 25.000 kippen, eenden, parelhoenders en ander pluimvee en een eendenfokkerij in Saint Paul La Roche in de Dordogne waar 14.000 dieren zijn geruimd.

Vogelgriep verspreid over vijf Franse departementen

De ziekte heeft zich na de eerste ontdekking op 24 november in de Dordogne verspreid over vijf departementen, van vlak aan de Spaanse grens tot Limoges, een afstand van een kleine 400 kilometer.

Drie varianten vogelgriep: H5N1, H5N2 en H5N9

De autoriteiten hebben, zoals Vallat al aanduidt, tot nu toe drie varianten vastgesteld, H5N1, H5N2 en H5N9. Volgens Vallat is één mogelijkheid dat een laagpathogene variant die onopgemerkt is gebleven zich heeft ontwikkeld tot een hoogpathogene variant. Een andere optie is dat 'twee virussen hun genen hebben uitgewisseld'. Omdat ieder virus acht genen telt, is een groot aantal combinaties mogelijk, benadrukt hij. Vanwege die opties houdt Vallat minder dan anderen rekening met een mogelijke besmetting door trekvogels of andere in het wild levende dieren.

Steeds meer economische gevolgen Franse vogelgriep

Inmiddels begint de epidemie steeds meer economische gevolgen te hebben. Eind vorige week hadden 15 landen buiten de EU de invoer van pluimvee of daarvan afkomstige producten uit Frankrijk aan banden gelegd. In een aantal landen geldt een volledig invoerverbod, terwijl met name Saoedi-Arabië, de grootste importeur van Franse kip buiten de EU, tot nu toe alleen broedeieren en eendagskuikens uit Frankrijk weert.

'Geen enkel gevaar voor volksgezondheid'

Binnen de EU mogen geen levende dieren, eendagskuikens of broedeieren uit de getroffen departementen worden 'ingevoerd'. Om de gevolgen voor die binnenlandse markt zo veel mogelijk te beperken, roepen Vallat en minister van landbouw Le Foll om het hardst dat geen enkel gevaar voor de volksgezondheid bestaat. Die boodschap wordt echter ondermijnd door het feit dat de epidemie zo groot is geworden dat ook de landelijke media er volop aandacht aan besteden.