Pluimveeweb: Nieuwe standaard: kuikens direct voer en water

26-05-2016

donderdag 26 mei 2016
De nieuwe standaard is kuikens direct na uitkomst voer en water verstrekken. Dat vertelde Maarten Hollemans, promovendus Wageningen UR en innovatiemanager Coppens Diervoeding op het Pluimveesymposium Vlees in Eersel op 25 mei.

De opstart van een ronde (vlees)kuikens bepaalt het resultaat van de gehele ronde. Dat is de overtuiging van Maarten Hollemans, onderzoeker bij Wageningen UR en innovatiemanager bij Coppens Diervoeding.

Hollemans gaf een uiteenzetting over de processen in het ei en na uitkomst. Een complex gebeuren. De hatch-window, de tijd tussen uitkomst van eerste en laatste kuiken, varieert van 30 tot 50 uur. Dat houdt in dat de oudste kuikens minimaal 30 uur zonder voer en water moeten overleven. Diverse onderzoeken tonen aan dat vroege voeding, op de broederij of bij uitkomst op het bedrijf, positieve effecten heeft op het latere leven van een kuiken.

Dooierrest biest voor kuiken
Door jarenlange genetische selectie op spieraanzet en voerefficiëntie heeft het huidige vleeskuiken vergeleken met 50 jaar geleden, nagenoeg dezelfde orgaangewichten maar vier keer zoveel spiermassa. De verhouding orgaan- en spiergewicht is niet meer optimaal. „Daardoor kunnen verteringsproblemen ontstaan,” stelt Maarten Hollemans.

De eerste zeven dagen ontwikkelt het maagdarmkanaal van een kuiken het snelst. „Dan vindt geen spieraanzet maar orgaanaanzet plaats,” stelt Hollemans. De ontwikkeling van de alvleesklier en de lever zijn heel belangrijk voor de vertering. Het immuunsysteem is de eerste week zelflerend, vooral in de eerste 72 uur na uitkomst. Een gevulde darm met darmbacteriën reguleert het immuunsysteem en dan is er geen plaats voor ziekmakende bacteriën.

De dooierrest, met antistoffen en goede vetzuren, is de biest voor het kuiken. Bij voeronthouding verbrandt het kuiken dooierrest en vet- en spierweefsels uit de organen. Dat geeft een slechtere afweer. Direct na opzet voer- en water verstrekken is de basis voor een goede darmflora en moet de nieuwe standaard worden, zowel bij kuikens van jonge als oudere moederdieren. Dat kan via voeding in de broederij of een ander nabroedsysteem op het vleeskuikenbedrijf.

Effect vroege voeding op later leven
De ontwikkelingen in het vroege leven bepalen in grote mate het resultaat in het latere leven; vanaf dag 21. Bij kuikens onder geconditioneerde omstandigheden die een infectie ondergaan, laten de vroeg gevoerde kuikens een sneller herstel zien dan laat gevoerde kuikens. In de praktijk komen meerdere besmettingen per ronde voor en vroeg gevoerde kuikens zullen meerdere keren harder groeien. Daarbij is de juiste voeding belangrijk zodat de dooierrest op dag 7 volledig verteerd is. Hollemans: „De samenstelling van de prestarter is van belang, voornamelijk voor het resultaat in het latere leven.”  

In de praktijk: kuikencheck
Het broederij- en opzetmanagement bepaalt ook een groot deel van het eindresultaat. „Zorg voor een goede start: voer en water in de stal met een glinsterende druppel aan de nippel en voldoende licht zodat de kuikens water en voer kunnen vinden,” adviseert Maarten Hollemans. De kuikencheck is daarbij een hulpmiddel om inzicht te krijgen in de kuikenkwaliteit geleverd door de broederij en in het opzetmanagement van de kuikenhouder. Maarten Hollemans: „Harde cijfers over kuikenactiviteit, temperatuur pootjes, navelkwaliteit en vuile kontjes op dag maken inzichtelijk wat er te verbeteren is. Meten is weten.”

Tekst:Monique van Loon

 
 

Inloggen op de ledenportal