Boerderij: Lagere graanprijzen beperken prijsstijging brok

18-08-2016

Relatief lagere graanprijzen en hogere verwachte opbrengsten kunnen op langere termijn de voerprijs drukken. Toch zijn graanprijzen niet allesbepalend voor de voerprijzen.
De prijzen voor voertarwe liggen dit jaar een stuk lager vergeleken met een jaar geleden. De graanbeurs in Rotterdam noteerde eerder deze week voor Europese voertarwe op €163,50 per ton. Vorig jaar werd in dezelfde week €177 per ton genoteerd. De kwaliteit van Noord-Franse maaltarwe is niet geschikt voor de bakindustrie, waardoor deze tarwe wordt afgezet op de voermarkt. Het verwachte extra aanbod zorgt voor prijsdruk op voertarwe.

Op de termijnmarkt in Parijs is te zien dat de handel weinig vertrouwen heeft in hogere tarweprijzen. Het meeste verhandelde termijncontract (levering december 2016) sloot woensdag 17 augustus op €169,25 per ton. Vorig jaar rond half augustus noteerde het december-2015 contract €185 per ton. Al blijft de opslagcapaciteit een onzekere factor. Naast de tegenvallende tarweoogst en West-Europese landen houden hogere opbrengstverwachtingen voor de graanoogsten van 2016/’17 in belangrijke graanproducerende landen wereldwijd de prijzen op een relatief laag niveau.

Graanprijs niet allesbepalend

Het lijkt erop dat de voerprijzen voor 2016/’17 op lange termijn kunnen dalen, want er gaat best veel graan naar rundveevoer. In rundveebrok kan tussen 20% tot 30% granen zitten. In varkensbrok ligt het percentage granen stukken hoger, dat aandeel schommelt tussen 65% en 70%.

In februari daalde de EU-voertarwe prijs naar een dieptepunt van €150 per ton, waardoor de A-brok prijs daalde naar €20 per 100 kilo in april. De oorzaak van de gedaalde kostprijs was destijds in eerste instantie te zoeken bij de lage graanprijzen.

 

Toch zijn de graanprijzen niet allesbepalend voor de voerprijzen. Op het moment laten de LEI-prijzen een prijsstijging zien, welke de komende maanden kan aanhouden. De prijsstijging komt doordat de eiwitmarkt de afgelopen periode duurder is geworden. Veel voerfabrieken kopen granen twee tot drie maanden van tevoren in, waardoor ze voor de voerprijs rekenen met een historische kostprijs. De vertaalslag is daardoor een aantal maanden later in de LEI-prijzen zichtbaar. De verwachting is dat eind 2016 de prijzen voor met name pluimveevoeders licht stijgen, aangezien er een hoog eiwitgehalte in zit.

Invloed sojamarkt groter

De sojamarkt is sterker bepalend voor de voerprijzen dan de graanmarkt. Soja laat een kentering zien. Er heerste een tekort van soja doordat het verbruik hoger is dan de productie. Met de gunstige oogstverwachtingen lijken de eindvoorraden minder te dalen. Hierdoor zakken de sojaprijzen weer een beetje, maar ze liggen nog steeds 12% boven het niveau van een jaar geleden.

De sojaschrootprijzen lijken aan de hoge kant te blijven. Als de sojaoogst in Zuid-Amerika eind februari/begin maart 2017 gunstig uitpakt, kan dat tot lagere prijzen leiden in de tweede helft van 2017.

 
 

Inloggen op de ledenportal