Boerderij: Update: Vogelgriep in het Friese Abbega

In het Friese Abbega (gemeente Súdwest-Fryslân) is vogelgriep van het type H5 geconstateerd op een legpluimveebedrijf met 63.000 dieren.

 

Dit bericht is geactualiseerd op 14 december.

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit is ter plaatse. Het bedrijf wordt zo spoedig mogelijk geruimd, meldt het ministerie van Economische Zaken. Gezien de symptomen en de hoge besmettingsdruk vanuit wilde vogels gaat het om een hoogpathogene variant, meldt staatssecretaris Martijn van Dam. Testresultaten moeten dat nog bevestigen. Ook het N-type is nog onbekend.

Pluimveeorganisatie Avined houdt nog een slag om de arm tot de typering bekend is. Avined meldt dat de klinische verschijnselen bij het koppel leghennen minder duidelijk waren dan bij eerdere gevallen. Eind november en begin december werd op drie eendenbedrijven in Flevoland hoogpathogene vogelgriep van het type H5N8 vastgesteld.

In een zone van 10 kilometer rondom het besmette bedrijf in Abbega is een vervoersverbod afgekondigd, dat betrekking heeft op onder andere pluimvee, eieren, pluimveemest en gebruikt strooisel. In dat gebied bevinden zich enkele andere legpluimvee- en vleeskuikenbedrijven. Binnen een straal van drie kilometer van het besmette bedrijf bevinden zich geen andere pluimveebedrijven. Alle huidige landelijke maatregelen blijven onverkort van kracht, meldt het ministerie.

1.200 dode vogels

In Friesland zijn de afgelopen dagen zeker 1.200 dode vogels gevonden, blijkt uit een bericht van Wetterskip Fryslân van maandag 12 december. De vogels zijn gevonden in Ferwerderadiel, Súdwest-Fryslân, Dongeradeel, Leeuwarderadeel, Menameradiel, Littenseradiel en op Terschelling. Bij dode vogels in Marrum werd hoogpathogene vogelgriep van het type H5N8 vastgesteld, hetzelfde virus dat op drie eendenbedrijven in Biddinghuizen (Flevoland) werd gevonden. Zoekteams van het Waterschap en andere betrokken instanties, zoals Staatsbosbeheer, zijn sinds eind vorig week dagelijks op pad om alle dode vogels op te ruimen.

Minder sterfte watervogels

Op de locaties waar als eerste vogelgriep bij dode wilde vogels werd gevonden, bij de Noord-Hollandse Gouwzee en het Wolderwijd (tussen Zeewolde en Harderwijk), leek de piek er eind vorige week af. Volgens Sovon Vogelonderzoek Nederland lag daar de sterfte onder de watervogelpopulaties inmiddels een stuk lager.

‘Lijken er geen vat op te krijgen’

LTO/NOP pluimveevakgroep-voorzitter Eric Hubers spreekt zijn teleurstelling en zorgen uit na de nieuwe uitbraak. “De dreiging was erg groot, dus in die zin ben ik niet erg verrast,” zegt hij. “Maar het is wel een teleurstelling. De dreiging van het virus blijkt alleen maar groter te worden, en waar het op lijkt is dat we er geen vat op krijgen. We weten niet hoe lang het zo doorgaat, en het verschuift van de ene plek naar de andere.” Extra zorgelijk is dat het de hygiëne op het besmette legpluimveebedrijf volgens Hubers goed op orde was, maar het virus desondanks toch in de stal is gekomen. “Het virus is ontzettend moeilijk buiten de stal te houden. Dat neemt niet weg dat we uiterste inspanning moeten leveren om insleep te voorkomen.”

Zwakke schakels

De huidige maatregelen zoals ingesteld door het ministerie voldoen wat hem betreft op dit moment. Wel wordt gekeken naar de mogelijkheid om vleeskuikenhouders bij het uitladen van kuikens te verplichten dat het erf eerst ontsmet moet worden. “We kijken waar de zwakke schakels zitten,” aldus Hubers. Verder wordt nagedacht of en hoe het mogelijk zou zijn om wilde vogels die dichtbij stallen zitten te verjagen. In Friesland, waar de laatste dagen honderden dode wilde vogels zijn gevonden die vermoedelijk door vogelgriep geveld zijn, zouden onder andere smienten (waarbij het H5N8-virus eerder is aangetoond) vooral ’s nachts dicht bij de stallen komen. Een risico voor de bedrijven, omdat het virus zich potentieel ook via de lucht kan verplaatsen.