Pluimveeweb: 'Vraag naar insecten voor in veevoer groeit enorm'16-01-2017
Insectenproducent Protix uit het Brabantse Dongen breidt flink uit. „De vraag naar insecten is overweldigend”, zei directeur Tarique Arsiwalla onlangs tegen vakblad De Molenaar. De interesse voor levende larven voor de pluimveesector neemt toe; insectenolie is zeer gewild voor biggenvoer en kalkoenvoeders en wellicht ook voor rundveevoer. Voor eiwitten is de petfoodbranche een interessante markt. En als de Europese Commissie binnenkort insecten toelaat voor de viskwekerij, zal de vraag nog verder toenemen, verwacht Arsiwalla. Protix gaat die stijgende marktvraag de komende jaren stap voor stap invullen. Sinds de start in 2009 is het bedrijf uitgegroeid tot een bedrijf met 37 mensen. Op de productielocatie in Dongen worden per jaar 1.600 ton larven van de zwarte soldaatvlieg geproduceerd. Volgend jaar komt er een productielocatie in de omgeving Den Bosch bij waar 32.000 ton per jaar geproduceerd kan worden. Daar vindt ook de productie plaats van jonge larven die worden opgekweekt op andere locaties. Groeisnelheid Dankzij de hoge groeisnelheid is het mogelijk om 50 tot 52 cycli per jaar te draaien. De larve moet alle nutriënten voor z’n hele verdere leven verzamelen. De voedingsstoffen worden opgeslagen in een zeer gunstige verhouding, met eiwitten in een uitgebalanceerd aminozurenpatroon. Ook dat is een voordeel van de zwarte soldaatvlieg. Oerei Insecten bestaan voor twee derde uit water. Van de huidige productie van 1.600 ton wordt een klein gedeelte levend aan pluimvee gevoerd, de rest wordt verwerkt tot zo’n 375 ton eiwitpoeder en 125 ton olie. Die olie is een zeer zuiver product. Eiwitten komen er niet in voor. Protix levert levende insecten met een GMP+-certificering. ‘Wetgeving in de weg’ Protix gebruikt uitsluitend plantaardige en traceerbare reststromen uit de levensmiddelenindustrie. „Daar maken we onze eigen samenstelling van. Al duurt de groeicyclus slechts een week, toch wordt het voer aangepast aan de leeftijd van de larven. De range aan grondstoffen voor het voer is enorm.” Er is voorlopig nog geen tekort aan reststromen uit de voedselverwerkende industrie die traceerbaar zijn, voldoende voedingswaarde hebben voor insecten. Toch ziet Arsiwalla ook uit naar andere voedzame stromen voor de toekomst, wanneer de vraag naar insecten toeneemt. „Producten die over de datum zijn zouden een interessante reststroom kunnen vormen. Voor diervoeders zijn deze nauwelijks geschikt, vanwege de verpakkingen. Voor insecten maakt het echter niet uit. Wetgeving verhindert dit echter, omdat er nog vlees of vis tussen kan zitten.” Tekst:Tom Schotman & De Molenaar |