Pluimveeweb: 'Online verkoop van eieren kansrijk'

Dat zei Rob Morren, sector banker food van ABN Amro dinsdag 2 mei tijdens een symposium voor legpluimveehouders van Agromix en ABN Amro in Barneveld. „Eén op de tien Nederlanders koopt wel eens online voedingsmiddelen. En dat percentage stijgt. De verwachting is dat in 2020 circa 5 procent van de boodschappen online wordt gekocht”, vertelt Morren. „Daarbij praat je over een omzet van 2 miljard euro.”

Dat biedt volgens hem kansen voor pluimveehouders en met name leghennenhouders. „Een ei is een gereed product wat makkelijk online kan worden gekocht via een website van een pluimveehouder of websites zoals het nieuwe platform Shobr”, zegt Morren.

Relatie met eindconsument

Wanneer een pluimveehouder via huisverkoop of een eigen website eieren wil verkopen is zelf een relatie opbouwen met eindconsument cruciaal volgens hem. De bankier adviseert om samen met andere versproducenten een online aanbod te bedenken. Om succesvol te worden is een goed verhaal, goede prijsstelling en een uitgekiende logistiek nodig. Voor dat laatste komen steeds meer dienstverleners.

Supermarkten verkopen momenteel ook steeds meer producten online. In 2016 verkochten Nederlandse supermarkten voor circa 650 miljoen euro online. Een groot deel daarvan gaat echter nog naar de klein zakelijke markt zoals kinderdagverblijven en kantoren. Veel supermarkten worstelen nog met het winstgevend krijgen van de operatie.

Vanwege de traditioneel hoge supermarktdichtheid in Nederland loopt de online verkoop van voedingsmiddelen in zijn totaliteit echter achter bij bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk waar de supermarktdichtheid veel lager is.

Herkomst nog belangrijker

De bankier ging tijdens zijn presentatie ook nog in op andere trends. „Nederlanders vinden de herkomst van versproducten  steeds belangrijker. In januari 2016 gaf 18 procent van de Nederlanders aan de herkomst van vleesbelangrijk te vinden. In januari 2017 bedroeg dit percentage al 22 procent. Dat blijkt uit een grootschalig onderzoek.” Hier moet de agrarische sector volgens hem gebruik van maken. Dit kan door de herkomst duidelijk op verpakkingen te vermelden of gebruik te maken van lokale/regionale branding, kwaliteit of de ‘gunfactor’ van de agrariër.

Ook groeit de omzet van ‘versverkoop’ in supermarkten harder dan ‘houdbaar’. Daarnaast bereiden steeds minder Nederlanders hun voedsel zelf in huis klaar, maar gaan ze meer buitenshuis eten of laten warme maaltijden thuisbezorgen. Daar moeten voedingsmiddelenbedrijven volgens Morren op inspelen door bijvoorbeeld eenvoudig bereidbare producten aan te bieden.

Vijftien claims op eierdoos

De bankier liet tijdens zijn presentatie een foto van een Amerikaans eierdoosje zien waarop vijftien gezondheidsclaims staan. „Eieren zijn gezond. De Nederlandse legsector kan van dit Amerikaanse voorbeeld gebruik maken door de gezondheidsvoordelen duidelijker op het eierdoosje te zetten. Al zou ik dat wel minder schreeuwerig doen dan de Amerikanen.”

Verder vindt de Duitse consument kwaliteit steeds belangrijker. In 2008 vond 47 procent kwaliteit het belangrijkste en 53 procent de prijs. In 2015 vond 52 procent kwaliteit het belangrijkste en 48 procent prijs. Dat blijkt uit Duits onderzoek van GFK.