Boerderij: Japan weer koploper bij EU-eierexport

De EU-landen hebben van januari tot en met april 81.240 ton ei-equivalenten eieren en eiproducten uitgevoerd. Dat is 0,8% minder dan in dezelfde periode in 2016.

 

De import van eieren en eiproducten was in de eerste vier maanden van dit jaar met 4.482 ton 23,6% lager dan in dezelfde maanden vorig jaar. Dit blijkt uit cijfers van de Europese Commissie.

Van de export nam Japan met 19.125 ton, 24%, voor zijn rekening. Daarmee is dit land weer terug als lijstaanvoerder van exportbestemmingen. De export naar Japan verdubbelde ten opzichte van de export in de eerste vier maanden van 2016, toen het land na Zwitserland en de Verenigde Staten de derde exportbestemming was. Vorig jaar was de export van eiproducten naar Japan sterk gedaald, doordat het land vanwege de economische recessie goedkopere alternatieven had gezocht voor eiwitpoeder.

Bij de export staat Zwitserland – als vanouds – op de tweede plaats, voor de Verenigde Arabische Emiraten en Israël. De Verenigde Staten worden niet meer apart vermeld in de lijst met exportbestemmingen. De VS waren over heel 2015 als gevolg van de vogelgriep aldaar nog de tweede exportbestemming – voor Zwitserland – en over heel 2016 waren ze de derde exportbestemming.

Bij de import van eieren en eiproducten zijn de VS koploper met 3.204 ton, nagenoeg evenveel als in de eerste vier maanden van 2016 (3.448 ton). Hiermee nemen de VS 71,5% van de import voor hun rekening. De gedaalde EU-eierimport tot en met april komt vooral op het conto van Argentinië (629 ton nu; -46% ten opzichte van 2016) en Oekraïne (212 ton; -92%).