Pluimveemest met een te hoog fipronilgehalte mag op één centrale locatie worden gemengd met schone pluimveemest en na deze homogenisatie worden verwerkt tot en gebruikt als compost.
Dit heeft landbouwminister Schouten besloten. Afgelopen vrijdag heeft ze hierover een brief aan de Tweede Kamer geschreven.
Het gaat om een tijdelijke toestemming voor mestvoorraden die laag verontreinigd zijn (minder dan 30 milligram fipronil per kg mest). Het streven is dat er uiterlijk 1 juli toestemming is. Voor welke termijn, is nog niet bekend. Het centraal mengen van deze fipronilmest met schone mest moet voldoen aan een door de NVWA goedgekeurd hygiëneprotocol, waarmee de risico’s voor het milieu worden gewaarborgd. Aan de voorwaarden in het nog goed te keuren protocol moet worden voldaan, om ontheffing te kunnen krijgen om de mest (categorie 1-materiaal) te mogen transporteren en om de bewerkte mest als het gehalte lager is dan 10 milligram/kg als categorie 2-materiaal te mogen afzetten.
Wachten op goedkeuring van protocol
De pluimveesector had al eerder bij de overheid gepleit voor het centraal verwerken/homogeniseren van fipronilmest. Een verwerker (in Gelderland) had zich hiervoor aangemeld. Pluimveebrancheorganisatie Avined had een protocol opgesteld met voorwaarden voor het transport van de fipronilmest, het opmengen en de afvoer van de gehomogeniseerde mest. Dit protocol is eind april voorgelegd aan ministerie en NVWA. Vorige week heeft Avined een verbeterde versie opgesteld op basis van opmerkingen van de NVWA, en dit opgestuurd naar ministerie en NVWA. Het wachten is nu op goedkeuring van dit protocol door de NVWA.
Geen gelegenheid om fipronilmest te verbranden
Uit een inventarisatie in januari bleek dat er toen bij pluimveebedrijven zo’n 11.000 ton pluimveemest met fipronil lag. Hiervan zou pakweg 9.000 ton minder dan 30 mg fipronil per kg bevatten en 2.000 ton meer dan 30 mg/kg. Voor de ernstig vervuilde mest is verbranding de enige oplossing. Overigens is de verbrandingswaarde van die ernstig vervuilde fipronilmest door de langdurige opslag dusdanig afgenomen, dat ze eerst opgemengd zou moeten worden om ze te kunnen verbranden. Daarbij komt dat de pluimveemestverbrandingsinstallatie BMC in Moerdijk nu wekenlang stilligt wegens groot onderhoud en zo veel voorraad heeft dat er de rest van dit jaar geen gelegenheid is fipronilmest te verbranden.
Pluimveehouders hadden in februari toestemming gekregen om fipronilmest op het eigen bedrijf te mengen met schone mest van het eigen bedrijf tot onder 10 mg fipronil per kg, maar de voorwaarden daarvoor waren in de praktijk niet werkbaar.
Fipronil Meldpunt
De kamerbrief van minister Schouten is een reactie op een brief van de Gemeente Barneveld en de initiatiefnemers van het Fipronil Meldpunt Gelderse Vallei van 5 april. Bij die brief zat het rapport ’Ervaringen van, met en rond het Fipronil Meldpunt’. Eén van de aanbevelingen in dit rapport is op korte termijn effectieve maatregelen te nemen om het mestprobleem op te lossen, om daarmee problemen te voorkomen met betrekking tot hygiëne, milieu- en omgevingshinder, ongedierte en risico op ziekten en brand. Toepassing van hetzelfde beleid als voor licht verontreinigde grond ligt voor de hand (centraal homogeniseren), werd geadviseerd.
Vorige week woensdag hebben de Barneveldse burgemeester Asje van Dijk, Jan Workamp van het Fipronil Meldpunt en LTO-regio-bestuurster Gina van Elten van de Gelderse Vallei met de minister gesproken over noodzaak van een oplossing voor de fipronil-verontreinigde mest. Vrijdag gaf de minister daarvoor groen licht. Het wachten is nu nog op een goedgekeurd protocol. Jan Workamp van het Meldpunt Fipronil, hoopt op eind van deze week.