Pluimveeweb: 'Stijgende vraag naar kooivrij ei biedt concurrentievoordeel'

Dat zei pluimveemarktanalist Nan-Dirk Mulder van de Rabobank woensdagavond 20 juni tijdens de Pluimveeweb thema-avond Markt en Ondernemen voor leg- en vleespluimveehouders in Utrecht. „Nederland profiteerde de afgelopen jaren naar de groeiende consumptie van eieren in Noordwest Europa. Daardoor zijn vraag en aanbod in Noordwest Europa beter in balans.”

Mulder erkent dat Oost-Europese landen zoals Oekraïne en Polen goedkoper eieren kunnen exporteren dan Nederland. „In Polen en Oekraïne hebben ze de fout gemaakt voor de productie van kooi eieren te kiezen, terwijl de Europese markt steeds meer verschuift naar kooivrije eieren. Nederland kan deze nu al leveren en heeft ten opzichte van die landen een concurrentievoordeel. De Nederlandse export van eieren is dan ook stabiel in een groeiende Duitse markt.” Dat komt volgens Mulder ook omdat het Nederlandse ei een goede naam heeft in Duitsland. De groeiende vraag in Duitsland naar biologische eieren biedt kansen voor Nederland.

De vraag naar eieren in de EU steeg van 2008 tot 2016 met 0,3 procent per jaar en de vraag naar eiproducten met 2 procent per jaar. „De groeiende vraag naar eiproducten is gunstig voor Nederland omdat de bedrijven die eiproducten produceren veelal in Nederland gevestigd zijn. Van de EU export van vloeibare eiproducten is maar liefst 64 procent afkomstig uit Nederland en van de gedroogde eiproducten ook 25 procent.”

Grote innovatiekracht

Een voordeel vindt hij dat wereldmarktleiders zoals Hendrix Genetics, De Heus en Vencomatic in Nederland gevestigd zijn. „Door de aanwezigheid van wereldmarktleiders in onderzoek en periferie heeft de sector altijd voorop gelopen met innovaties. Wanneer we dat in de toekomst blijven doen, blijft de sector de leidende positie wereldwijd houden. Wij zijn daarom positief over de vooruitzichten voor de Nederlandse leg- en vleespluimveehouders. Big data, robotics, smartfarming en genomics bieden de komende jaren kansen voor de sector.”

„Waar de vleeskuikenprijzen vrij stabiel waren sinds 2009 varieerden de eierprijzen veel meer. Periodes van structureel lagere prijzen wisselen zich af met korte hoge pieken, al dan niet veroorzaakt door incidenten. Sinds 2009 nam de EU leghennenstapel toe bij stijgende eierprijzen en af bij dalende prijzen”, toonde Mulder in een grafiek.