Alleen het beste wat verzameld kan worden aan voorlichting en berichtgeving kan de huidige pluimveehouder nog van dienst zijn.

 

Dat constateerden de initiatiefnemers van het blad Pluimveehouderij begin jaren zeventig. De Nederlandse Organisatie van Pluimveehouders en Uitgeverij Misset besloten daarom de handen ineen te slaan. Op 8 januari 1971 lag De Pluimveehouderij voor het eerst in de brievenbus. Dit jaar verschijnt de 50e jaargang en bij dat jubileum willen we graag stilstaan.

Veel thema’s nog actueel

Wie die eerste jaargang doorbladert komt veel thema’s tegen die vandaag de dag nog net zo actueel zijn. Dierziekten – het eerste nummer van Pluimveehouderij verscheen in crisistijd, tijdens een grote uitbraak van pseudovogelpest oftewel NCD – maar ook thema’s als stalklimaat, huisvesting en entingen. Een vaccin tegen de Ziekte van Marek kwam voor het eerst op de markt, en de vleeskuikenbatterij deed zijn entree en werd gezien als een veelbelovend nieuw systeem. Europees beleid zorgde ook toen al voor beroering, zij het dat dit gemaakt werd door de voorloper van de huidige Europese Unie: de EEG.

Enorme ontwikkeling

Tegelijkertijd heeft de pluimveesector in de afgelopen vijf decennia een enorme ontwikkeling doormaakt. Automatisering, specialisatie en schaalvergroting kenmerken deze periode, net als een enorme efficiëntieslag. Dit jaar blikken we terug op de ontwikkelingen die de pluimveesector in de afgelopen 50 jaar doormaakte. Elk nummer staan we stil bij de ontwikkelingen op een specifiek thema. Daarnaast verschijnt er een jubileumnummer in aanloop naar de Pluimveerelatiedag, waarin we op diezelfde thema’s vooruit kijken. Want de ontwikkelingen in de pluimveesector staan niet stil en de Nederlandse pluimveehouderij heeft in deze ontwikkelingen vaak, hoewel soms noodgedwongen, een voorlopersrol. Wat ongewijzigd het streven van Pluimveehouderij blijft: pluimveehouders van dienst zijn met de meest relevante informatie.