Pluimveeweb: NVP: 'Voorstander preventieve ophokplicht, maar besluit LNV hangt af van insleeprisico’s vanuit de natuur'23-01-2020
NVP-voorzitter Hennie de Haan pleit voor een preventieve ophokplicht van pluimvee. Dat brengt ze vanmiddag naar voren wanneer ze samen met andere belangenbehartigers uit de pluimveehouderij om tafel zit met het ministerie van Landbouw. „Het besluit van de minister over een ophokplicht hangt af van actuele zienswijzen van de leden van de deskundigengroep Dierziekten, die groep adviseert de minister over de omgang met dierziekten waaronder vogelgriep. Uiteindelijk is het insleep risico van hoogpathogene (H5N8) vogelgriep via wilde (water)vogels bepalend. Daarover geeft de deskundigengroep Dierziekten de minister inzicht”, legt De Haan uit.
„In de deskundigengroep Dierziekten zitten deskundigen van verschillende disciplines, zoals dierenartsen en virologen, en die inzicht hebben in vogeltrekbewegingen en informatie hebben over eventuele HPAI-besmettingen bij wilde vogels. Dankzij al die verschillende kennis kunnen ze een gedegen inschatting maken over het insleeprisico van hoog pathogene vogelgriep op pluimveebedrijven in Nederland en daardoor het ministerie van LNV goed adviseren”, verklaart de NVP-voorzitter. De NVP is evenals andere belangenbehartigers in de pluimveehouderij voorstander van een preventieve ophokplicht voor pluimvee. „In slechts drie weken tijd is het hoogpathogene H5 vogelgriepvirus vastgesteld in maar liefst zeven landen, namelijk Polen, Hongarije, Slowakije, Roemenië, Tsjechië, Oekraïne en Oost-Duitsland. We willen besmettingen in Nederland voorkomen. Een uitbraak in Nederland is catastrofaal voor de hele Nederlandse pluimveehouderij gezien de emotionele en economische schade die daarmee gepaard gaat. We moeten alles doen om een uitbraak te voorkomen. Tijdelijk ophokken van pluimvee is een goede maatregel om het insleeprisico verder te verkleinen, naast wat al wordt gedaan. Buitenlopend pluimvee loopt meer kans om besmet te raken, dat toont onderzoek aan. Bovendien zorgt een ophokplicht niet direct voor economische schade voor vrije uitloop leghennenhouders. Voordat de 16-weken termijn voorbij is, zitten we in begin mei. Dan is het insleeprisico vaak veel lager. ‘Leren leven met HPAI’De Nederlandse pluimveesector moet volgens de NVP-voorzitter leren omgaan met de dreiging van hoog pathogene vogelgriep. „Het virus circuleert in trekvogels. Dat blijft zo totdat ze in Azië adequate maatregelen nemen aan de bron, om virusontwikkeling, -mutatie en verspreiding wezenlijk tegen te gaan. Tot die tijd moet de Nederlandse pluimveesector leren leven met de dreiging van hoog pathogene vogelgriep. Ieder jaar blijft de najaarstrek van wilde vogels weer spannend.” Nederland kan niet om de haverklap een ophokplicht invoeren, volgens De Haan. „We moeten pas een ophokplicht invoeren als het insleeprisico echt hoog is. Indien Nederland bij een licht verhoogd risico al een ophokplicht invoert, denken ze in het buitenland ‘wat is daar aan de hand’. Ik kan niet inschatten wat de impact is in het buitenland indien we nu een ophokplicht invoeren. Onze ketenpartijen zoals Anevei hebben daar het beste zicht op.” In Duitsland en zelfs Polen geldt nog geen ophokplicht voor pluimvee. De Haan vindt dat opmerkelijk aangezien de dreiging daar groter lijkt dan hier. Maar in de afgelopen vijf jaar is Duitsland zelden tot nooit over gegaan tot een landelijke ophokplicht. Weer in Oost-EuropaDe weerverwachtingen in Polen en andere besmette landen zijn volgens de NVP-voorzitter ook van grote invloed op het insleeprisico in Nederland. Nu is de temperatuur in Polen en andere met vogelgriep besmette landen nog relatief hoog. De kans op insleep stijgt als het in Polen en Duitsland ineens streng gaat vriezen omdat watervogels dan naar alsnog naar het westen kunnen gaan trekken. Althans, dat is de angst die binnen de sector leeft. „De deskundigengroep Dierziekten kijkt naar al deze aspecten en geeft op basis daarvan een integraal ‘advies’ aan het ministerie over het insleeprisico van vogelgriep. Daar zal het besluit van Minister Schouten van afhangen”, schat De Haan in. |