Pluimveeweb: 'Pluimveesector speelt golf met handicap'

„De Nederlandse en Vlaamse pluimveesector speelt golf met een handicap omdat er goedkope kip en eieren worden ingevoerd, die niet aan onze standaarden voldoet.” Dat zei de Vlaamse landbouwjournalist Jacques van Outryve afgelopen vrijdag 28 februari tijdens een pluimveeseminar op de vakbeurs Agridagen in het Vlaamse Ravels.

Door handelsdeals van de Europese Unie met bijvoorbeeld Oekraïne en Zuid-Amerika (de Mercosur-deal) worden er kip en eieren in de EU ingevoerd die niet aan de EU-productiestandaarden voldoen. Nederlandse en Vlaamse pluimveehouders ondervinden fors hinder van deze oneerlijke concurrentie, stelt Van Outryve. Zelfstandig adviseur Kees van Oers beaamt dit volledig. De voormalig inkoopdirecteur van Plukon gaf ook een presentatie tijdens het pluimveeseminar.

Van Oers is optimistisch over de vooruitzichten voor de Nederlandse en Vlaamse vleeskuikenhouderij. „De wereldwijde vraag naar kip stijgt sterk door bevolkings- en welvaartsgroei.” Daarbij ziet hij vooral kansen voor de productie van conceptkip voor rijke consumenten in de EU. „Het produceren van reguliere kuikens voor de wereldmarkt wordt gezien de hoge EU-standaard vanuit kostprijsperspectief steeds moeizamer”, zegt Van Oers.

‘Zeetransport steeds goedkoper’

Containerschepen vervoeren tegenwoordig ruim 20.000 containers en worden steeds groter waardoor zeetransport steeds goedkoper wordt, gaf Van Outryve aan. „In Chinese supermarktschappen vind je tegenwoordig Nederlandse en Vlaamse melk(producten). Nederlandse en Vlaamse zuivelfabrikanten verdienen er nog steeds aan doordat zeetransport zo goedkoop is. En straks heb je wellicht onbemande zeecontainerschepen die op waterstof van Antwerpen of Rotterdam naar China varen, waardoor zeetransport nog goedkoper is”, schetst hij.

Daarnaast komen er volgens hem mogelijk ook andere vaarroutes waardoor een zeecontainerschip in 18 dagen in plaats van 35 dagen van Antwerpen naar China kan varen. „Deze aspecten bieden mogelijk ook exportkansen voor de pluimveesector naar onder meer China”, oppert Van Outryve. „Meer lokaal voedsel is een trend, maar meer globalisering ook. Beide bieden kansen voor de landbouw.”

Lokale veevoeders

„70 procent van de wereldhandel van soja is bestemd voor China. Blijft er straks nog soja over voor ons”, vraagt Van Outryve zich af. „In Nederland en België is er jacht op grond voor de teelt van lokale veevoeders om in te spelen op de groeiende vraag naar lokaal voedsel.” Plukon speelt volgens hem op deze trend in door bedrijven in Frankrijk, Spanje en andere landen over te nemen.

Vegetarische producten zijn een bedreiging voor de pluimveesector. „Kweekvleesproducent Just meat maakt reclame dat ze clean meat produceren die beter is voor het milieu en bovendien salmonella en campylobactervrij zijn.” Vooral dat laatste moet de pluimveesector te denken zetten, vindt Van Outryve.

Emotie

„Veel trends zoals de groeiende vraag naar lokaal voedsel zijn tegenwoordig niet op de waarheid gebaseerd maar op emotie. „Lokaal voedsel is lang niet altijd duurzamer. Zo is het klimaat in Zuid-Amerika veel beter om soja te telen dan hier waardoor de productie per hectare hoger is en de CO-2 footprint lager. De politiek regeert echter steeds vaker op basis van emotie dan op basis van wetenschappelijke rapporten.” Van Outryve vindt dit een kwalijke zaak.

De Vlaamse landbouwjournalist noemde ook nog de reclamecampagne ‘Zeker Zeeuws’. „Eerst was het ‘Zeeuws’, wat is de volgende stap? ‘Zeer zeker Zeeuws’? Voedselclaims gaan steeds verder. Met voedselfraude is meer te verdienen dan met drugshandel, blijkt uit onderzoek. Maar hoe ver wil je gaan. In Vlaanderen en Nederland moeten zulke claims toch niet nodig zijn. Voedselveiligheid en transparantie is juist een sterk punt van de Vlaamse en Nederlandse landbouw.”