Boerderij: Naast koeien ook kippen op Floating Farm

18-03-2020
Sinds mei 2019 loeien er 35 koeien in de Rotterdamse Merwehaven. Er zijn vergaande plannen om pal naast dit drijvende melkveebedrijf een Floating Poultry Farm met 7.000 leghennen te openen.

Het is een bijzonder gezicht: midden in Rotterdam worden koeien gehouden op een drijvend melkveebedrijf. Bezoekers van deze Floating Farm kunnen er met eigen ogen zien hoe koeien worden gehuisvest en hoe melk wordt geproduceerd en verwerkt.

Innovatieve kippenstal

Achter de schermen wordt hard gewerkt om pal naast dit drijvende melkveebedrijf ook een innovatieve kippenstal te realiseren. “We zijn toe aan het indienen van de vergunningaanvraag”, zo zegt Noud Janssen.

Kip van Oranje

Met innovatieplatform Kip van Oranje is Janssen nauw betrokken bij de realisatie van de Floating Poultry Farm. “Peter en Minke van Wingerden nemen namens Floating Farm de investering en de exploitatie voor hun rekening. Wij hebben als kennis- en ontwikkelpartner een verbindende rol”, zo zegt hij. Kip van Oranje heeft als partner van Floating Farm innovatieve bedrijven uit de pluimveesector bijeengebracht voor zaken zoals huisvesting, voeren, diergezondheid en hygiëne, mestverwerking, eieren verwerken en breken en emissies.

Scharrelstal met uitloop

Het is de bedoeling dat er in de toekomst 7.000 witte leghennen rondscharrelen op de Floating Poultry Farm. Janssen: “Het precieze ras is nog niet bekend, maar we gaan zeker voor witte hennen. Die hebben een scherpere voederconversie. Dat stukje duurzaamheid en efficiëntie willen we graag gaan benadrukken.”

De drijvende pluimveestal heeft net als de koeienstal drie verdiepingen en is qua oppervlakte een maatje groter. De kippen worden gehuisvest op de bovenverdieping. “Het gaat om een volièrestal met een uitloopgedeelte”, aldus Janssen. Hij spreekt van een bijzonder project, met oog voor de omgeving. “We zetten in op maximale reductie van ammoniak en fijn stof.”

Inzet

Met de Floating Poultry Farm willen de initiatiefnemers laten zien dat het mogelijk is om op een goede, veilige en circulaire manier voedsel te produceren in een grote stad als Rotterdam. Janssen: “We willen een stukje voedselvoorziening borgen en spelen met ons drijvende bedrijf in op de verwachte stijging van de zeespiegel, wat nu nog met name in Azië een thema is. We zijn transparant in de wijze waarop we onze dieren houden en hoe we ons voedsel produceren. Met een educatie- en bezoekerscentrum kunnen mensen bij ons leren, zien en proeven.”

Gebruik van reststromen

Floating Poultry Farm wordt ingericht met een speciale voerkeuken, met daarin op maat gemaakte kleine voersilo’s. Het rantsoen van de kippen wordt er ter plekke samengesteld. De kippen krijgen straks onder meer restproducten uit de humane voedselketen gevoerd, die vanuit de stad worden aangeleverd. Daarbij is het nog even de vraag hoe het eiwitgehalte in het rantsoen op peil wordt gebracht. “Dat is een uitdaging bij kippen, maar er zijn legio mogelijkheden. Wellicht kunnen we wat met eiwitten uit insecten”, aldus Janssen, die dit wil laten onderzoeken door Aeres Hogeschool Dronten en Wageningen University & Research. “Voedselveiligheid staat bij ons hoog in het vaandel.”

Kleinschalige brekerij

Uniek onderdeel van de Floating Poultry Farm is de realisatie van een kleinschalige eierbrekerij. Het is de bedoeling dat zo’n 20% van de eieren ter plekke worden gebroken, voor de productie van diverse eierproducten en -gerechten. Janssen denkt dat het drijvende pluimveebedrijf daarmee als voorbeeld kan dienen voor legpluimveebedrijven op het platteland. “Met een kleinschalige brekerij kan je tweede soort eieren beter en rendabel vermarkten. Op dat vlak liggen zeker kansen.”

Voor de eierafzet wordt gebruikt gemaakt van de lijntjes die Floating Farm nu al heeft met verschillende afzetkanalen in Rotterdam. “De eieren worden straks allemaal verkocht in het 010-gebied (netnummer Rotterdam, red) en komen de stad niet uit. Mogelijk komt er bij de Floating Poultry Farm ook een eierautomaat. Dit bedrijf wordt een toonbeeld van kleinschalige hightech-techniek en korte ketens.”

Verdienmodel als uitdaging

Wat stalbouw en -techniek betreft ziet Janssen geen andere uitdagingen dan bij reguliere stallen op het platteland. Hij verwacht niet dat het houden van kippen op een drijvend bedrijf voor problemen zorgt. “Het is onze grootste uitdaging om voor een goed verdienmodel te zorgen. Wij willen laten zien dat het kan om met een modern bedrijf met 7.000 kippen een boterham te verdienen. Dat moet lukken door dicht bij de consument te staan en met korte ketens te werken.”

Meerjarenplan

Realisatie van de Floating Poultry Farm is een meerjarenplan. Het is nog niet duidelijk wanneer de eerste eitjes van de band rollen. Janssen wil niet zeggen wanneer de Floating Poultry Farm in bedrijf moet zijn. “Daar doe ik geen uitspraken over. Dat is in deze fase nog moeilijk in te schatten. Wij gaan ons nu concentreren op verdere planrealisatie.” Van de huidige stikstofperikelen verwacht hij in ieder geval geen hinder te ondervinden. “Wij zorgen met onze innovatieve en emissiearme stal niet voor stikstofdepositie.” Over de hoogte van de investering laat Janssen zich niet uit.

 

Tekst: Bouke Poelsma freelance redacteur
 
 

Inloggen op de ledenportal