NieuweOogst: Nederlander overschat voedseluitgaven flink

Nederlanders overschatten fors hoeveel geld ze besteden aan voedsel. De gemiddelde Nederlander denkt zo'n 24 procent van het huishoudinkomen aan voedsel uit te geven. In werkelijkheid is dit drie keer minder; slechts 8 procent.

Het bestedingspatroon blijkt uit representatief onderzoek onder 1.560 mensen in opdracht van LTO Nederland. Van die groep geeft 77 procent aan meer dan 10 procent van het besteedbaar inkomen aan voedsel uit te geven.

Slechts 18 procent denkt tussen de 6 en 10 procent van het inkomen eraan te besteden en maar 4 procent geeft aan minder dan 5 procent aan voedsel te besteden. Uit onderliggende cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt echter dat een doorsnee huishouden in 2018 slechts 8 procent aan voeding besteedt.

Gezond en betaalbaar
'Boeren en tuinders zijn er trots op goed, gezond en betaalbaar voedsel te maken. De consument, zowel in Nederland als de ons omringende landen, profiteert daarvan', zegt waarnemend voorzitter Wim Bens van LTO Nederland.

Boeren en tuinders investeren zelf veel in verduurzaming, maar zien dat te vaak niet terug in de prijs die ze voor hun producten krijgen

Tegelijkertijd heeft de maatschappij steeds meer wensen over de manier waarop voedsel wordt geproduceerd, stelt hij. 'Daar hebben we oog voor. Boeren en tuinders investeren zelf veel in verduurzaming, maar zien dat te vaak niet terug in de prijs die ze voor hun producten krijgen.'

Eerlijke prijs
Een eerlijke prijs is een van de onderwerpen in het Verkiezingsmanifest 2021 van LTO Nederland. 'Uit dit onderzoek blijkt dat de Nederlander zich niet altijd realiseert hoe goedkoop het voedsel hier eigenlijk is. Een nieuwe kans voor goed beleid voor onze boeren en tuinders', verzekert Bens.

De daadwerkelijke voedseluitgaven zijn in Nederland laag. 'Niet alleen vergeleken met de perceptie van consumenten, maar ook vergeleken met vroeger en met het buitenland', stelt de waarnemend LTO-voorzitter.

Steeds lagere voedingsuitgaven
Een doorsnee gezin had in de 19e eeuw bijna al het inkomen nodig voor de eerste levensbehoeften. Door stijgende inkomens en dalende voedselprijzen is dat tegenwoordig anders. In 1960 was nog iets meer dan 30 procent van het budget nodig voor voedsel, in 1980 nog 16 procent en in 2011 nog 11 procent, becijferde het CBS.

Het is een wereldwijde trend dat een steeds kleiner deel van het inkomen aan voedsel wordt besteed, weet LTO. Wel zijn er mondiaal grote verschillen in de uitgaven aan voedsel. Dat blijkt onder meer uit gegevens van de voedsel- en landbouworganisatie FAO van de Verenigde Naties.

Forse verschillen binnen Europa
Ook binnen de Europese Unie zijn er forse verschillen, constateert LTO. Nederland behoort, net als onder meer Duitsland en het Verenigd Koninkrijk, tot de landen die het kleinste deel van hun inkomen aan voedsel besteden. In bijvoorbeeld Letland en Roemenië loopt het percentage van het inkomen dat aan voedsel wordt besteed op tot wel 20 a 25 procent (Eurostat).

LTO heeft onafhankelijk onderzoeksbureau DirectResearch gevraagd om de waardering voor en de perceptie van problemen, oplossingen en verantwoordelijkheden rondom boeren en tuinders bij het Nederlandse publiek te peilen.

Consumentenhouding voedsel
Het kwantitatieve brede onderzoek onder 1.560 Nederlanders is gewogen naar Nederland en representatief op geslacht, leeftijd en opleiding. Het onderzoek richtte zich op de houding van het Nederlandse publiek ten aanzien van de productie en consumptie van voedsel.

Daarnaast zijn er verschillende thema's aangesneden die op dit moment spelen in de Nederlandse land- en tuinbouw. De komende weken zal LTO hier met enige regelmaat over berichten, laat de agrarische belangenorganisatie weten.