Boerderij: Hoger beroep in fipronilzaak op 7 december20-10-2020
Het hoger beroep in de zaak die LTO Nederland/NOP en 111 pluimveehouders hebben aangespannen tegen de Nederlandse Staat, dient op 7 december van dit jaar.
De pluimveeorganisatie en pluimveehouders vinden dat de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit onrechtmatig heeft gehandeld door geen actie te ondernemen zodra de autoriteit wist dat bloedluisbestrijder ChickFriend fipronil gebruikte in pluimveestallen. Vorig jaar stelde de rechtbank Den Haag hen in het ongelijk. Volgens de rechter viel de NVWA niets te verwijten en geldt er voor de voedselautoriteit geen waarschuwingsplicht. LTO/NOP en de pluimveehouders, mede ondersteund door de Nederlandse Vakbond Pluimveehouders, tekenden beroep aan tegen die uitspraak. Voor de zitting in deze beroepsprocedure is nu een datum bepaald door het gerechtshof in Den Haag. NVWA wel degelijk verwijtbaar“De NVWA valt wel degelijk het nodige te verwijten en de rechtbank is daar ten onrechte, en ook wel erg gemakkelijk aan voorbijgegaan”, zegt advocaat Roeland de Mol van BarentsKrans, die de pluimveesector vertegenwoordigt in de zaak. De Mol legt uit dat het beroep rust op enkele punten. Allereerst dat volgens hen de rechtbank in zijn uitspraak een aantal feiten opvoert die niet gestaafd worden door het uitgebreide rapport van de commissie Sorgdrager, die uitzocht wat er gebeurde voorafgaande aan en tijdens de fipronilcrisis. Maximale residulimietAls voornaamste voorbeeld daarvan noemt hij dat de NVWA zijn besluit om niet acuut te handhaven toen het weet kreeg van het fipronilgebruik, alleen toetste op basis van de aanname dat de volksgezondheid niet in het gevaar zou zijn, maar niet aan de maximale residulimiet (MRL). Dit terwijl de NVWA ook op de MRL moet handhaven. “De rechtbank heeft zomaar aangenomen dat de NVWA wel degelijk getoetst heeft op de MRL. Dat is eigenlijk een cadeautje voor de NVWA. Sorgdrager heeft dit niet vastgesteld in haar rapport, en ook de NVWA zelf heeft hier niets over gezegd,” aldus De Mol. ‘NVWA deed helemaal niets’De Mol noemt als ander pijnpunt hoe de NVWA blijft benadrukken dat de pluimveehouders een niet toegelaten middel in hun stal gebruikten. “Dat moge zo zijn, maar dat is kennis van nu. Het is dus totaal niet relevant,” geeft hij aan. “Ook de NVWA wist namelijk niet dat ChickFriend in het geniep fipronil door Dega 16 mengde. De NVWA kon dus ook niet denken: ‘als de pluimveehouders zich aan de regels houden, dan gaat het goed’. De NVWA maakte ook die afweging niet. De NVWA deed juist helemaal niets, liet zelfs geen algemene waarschuwing uitgaan, terwijl men wel – als enige – wist dat ChickFriend fipronil gebruikte.” De hele zaak wordt opnieuw bekeken in een hoger beroep. Een uitspraak zal na 7 december naar verwachting enkele weken tot maanden op zich laten wachten. Advocaat De Mol verwacht ergens begin 2021 een uitspraak.
Tekst: Kirsten Graumans, redacteur pluimveehouderij
|