De Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde (KNMvD) pleit voor een snelle start van het vaccineren van pluimvee tegen vogelgriep. Want strenge (hygiëne)maatregelen in combinatie met het langdurig ophokken van pluimvee voorkomen niet dat er jaarlijks honderdduizenden dieren op besmette en verdachte bedrijven geruimd moeten worden.
De huidige bestrijdingsmaatregelen tegen de sterk toenemende uitbraken van vogelgriep op pluimveebedrijven in Europa zijn niet meer afdoende, schrijft de organisatie van dierenartsen op haar website. “Nieuwe introducties vanuit wilde vogels vinden gedurende langere periodes in het jaar plaats, waardoor er haast sprake is van een endemische situatie. Deze veranderingen in de epidemiologie van vogelgriep maken dat het beschikbare instrumentarium van bestrijdingsmaatregelen niet meer afdoende is.”
KNMvD: sector handelt adequaat
Volgens de KNMVD zijn dankzij adequaat handelen van de pluimveesector, overheid en pluimveedierenartsen, vogelgriepbesmettingen tot nu toe tijdig op individuele bedrijven vastgesteld. “Maar strenge maatregelen in combinatie met het langdurig ophokken van pluimvee voorkomen niet dat er jaarlijks honderdduizenden dieren op besmette en verdachte bedrijven geruimd moeten worden.” Daarom pleit de KNMvD ervoor zo snel mogelijk te starten met het vaccineren van pluimvee tegen vogelgriep. In het belang van de diergezondheid, het dierenwelzijn en de volksgezondheid, aldus de organisatie.
Handelsbeperkingen vlees van gevaccineerd pluimvee
Op dit moment wordt er nog niet tegen vogelgriep gevaccineerd door het ontbreken van een geregistreerd vaccin en door handelsbeperkingen voor (producten van) gevaccineerde dieren, die een snelle introductie van een vaccin in de weg. De KNMvD meent dat hier zo snel mogelijk een oplossing voor gevonden moet worden, samen met de andere EU-landen.
Zoeken naar effectief vogelgriepvaccin
Over het gebruik van de huidige beschikbare vaccins is in veldsituaties nog onvoldoende kennis, met name of het vaccin de virusspreiding en uitbraken kan voorkomen. Een vogelgriepvaccin moet werkzaam zijn tegen de huidige circulerende influenza-stammen en zal snel moeten worden aangepast als het virus evolueert. Om de effectiviteit van de huidige en toekomstige vogelgriepvaccins te testen in experimentele studies en onder veldsituaties is aanvullend onderzoek nodig. Wageningen Bioveterinary Research en Universiteit Utrecht bereiden een praktijkproef met twee AI-vaccins voor in opdracht van het ministerie van LNV.
De KNMvD wijst erop dat het verstandig is om naast vaccinatie aandacht te blijven houden voor meerdere aanvullende maatregelen, zoals bioveiligheid en bezoekersverboden. Dit om vogelgriepuitbraken te voorkomen.