Pluimveeweb: 'Eierprijs moet richting 10 cent'30-03-2022
„De kale scharreleiprijs moet door de wekelijks toenemende voerkosten en overall stijgende kosten richting 10 cent als dit zo doorgaat”, rekent adviseur Nico van Eckeveld voor.
„Nu betalen scharrel- en vrije-uitloopleghennenhouders tussen de 32 en 38 euro voor het voer, afhankelijk van nog lopende afspraken, legfase en non-GMO”, zegt bedrijfsadviseur Nico van Eckeveld van Vallei Accountants Agri uit Woudenberg (UT). Maar de voerprijzen stijgen wekelijks. Angst en speculatie zullen daar ook een rol in spelen, volgens Van Eckeveld. De komende maand zullen de pluimveemengvoeders wekelijks blijven stijgen met tussen de 1 euro en 1,50 euro per 100 kilogram. Die voorspelling deed ABZ Diervoeding vorige week op basis van de actuele noteringen op de grondstoffenmarkt. Voor het derde kwartaal verwacht de mengvoercoöperatie dat de prijzen circa 7 euro hoger zullen zijn dan nu. De voerprijs was al hoog voor de oorlog in Oekraïne en neemt nu wekelijks toe door de oorlog, weet Van Eckeveld. „In het Handboek Kwantitatieve Informatie Veehouderij (KWIN) 2021-2022 wordt nog uitgegaan van 26,50 voor scharrelleghennenvoer. Al voor de oorlog in Oekraïne lagen de voerprijzen op een veel hoger niveau.” Productie remmen?De voer- en gasprijzen stijgen naar recordhoogte door de oorlog in Oekraïne. In het donkerste scenario verdubbelt de tarweprijs verwacht de Rabobank. „De grootste uitdaging voor de pluimveeketen is om de enorme kostenstijging doorberekend te krijgen", zei pluimveemarktanalist Nan-Dirk Mulder van de Rabobank begin deze maand. Hij adviseert pluimveehouders de productie te remmen zodat er schaarste gecreëerd wordt en de kostenstijging daadwerkelijk betaald wordt door de keten. Van Eckeveld: „De hogere kostprijs in de situatie van overmacht mag niet op het bord van de pluimveehouder terechtkomen. De retail denkt al mee door prijsaanpassingen. Dit moet voortdurend worden geüpdatet in deze bijzondere tijd. We moeten niet vergeten dat de huidige trend is dat op verschillende niveaus de kosten stijgen: grondstoffen, energie, arbeid, materialen, rente. Dat doet iets met de algehele kostprijs. De sector kampte al structureel met het issue dat de verhouding marge versus risico in het retailschap ver uiteen ligt ten opzichte van deze verhouding bij de producent. De keten en met name afnemers zullen moeten wennen aan structureel hogere inkoopprijzen. We zien dat risico’s bij de producent groot zijn en gewoonweg moeten worden uitbetaald. Bij schaarser en een sterker variërend aanbod door bijvoorbeeld vogelgriep zal de retail de samenwerking met de pluimveehouders opzoeken.” Nan-Dirk Mulder adviseert leghennenhouders dus om het aanbod te reduceren. Van Eckeveld heeft geen eenduidig advies of leghennenhouders de productie op korte termijn moeten remmen of niet: „Sectorbreed zal dat de prijs opdrijven, individueel is het maatwerk. Kostprijs en leeftijd van de koppel bijvoorbeeld; de cashflow moet wel doorgaan. Heb je energieprijzen gefixeerd en een jonge goedleggende koppel dan is dit niet logisch.” ‘10 cent nodig’„Als de voerkosten richting 48 of 49 euro stijgen, wat sommigen voorspellen, heb je een (kale) scharreleiprijs nodig van pakweg 9 tot 10 cent – alleen al om de stijging van de voerkosten teniet te doen. Dan reken ik de stijgende energiekosten en henkosten nog niet eens mee”, zegt Van Eckeveld. Albert Heijn betaalde eerst 0,008 euro extra en nu 0,009 euro per ei bij contracten voor tafeleieren. Andere supermarkten doen dat nu ook. Dat kondigden supermarkten onlangs aan. „Dat is een goede zaak. In de praktijk valt het nog wat tegen en komt niet de genoemde toeslag volledig bij leghennenhouders. Het lijkt vooralsnog te weinig om alle kostenstijgingen op te vangen.” ‘Zelf goed uitrekenen’Van Eckeveld adviseert leghennenhouders zelf goed uit te rekenen welke eierprijs ze nodig hebben bij een voerprijs van 40 euro of hoger. „Reken een aantal scenario’s uit en bepaal pas daarna of je nieuwe hennen opzet, er zijn ook pluimveehouders die inzet van geforceerde rui overwegen.” De NOP-eierprijzen zijn sterk gestegen, maar in de Gelderse Vallei – grotendeels het werkgebied van Vallei Accountants Agri – hebben veel leghennenhouders afspraken op basis van een contract. „Sommigen hebben een contract op basis van NOP met een bodemprijs. Met de hoge NOP-prijs geeft dat op dit moment voldoende compensatie.” VoerprijskoppelingEieren verkopen op basis van een voerprijskoppeling komt relatief weinig voor, weet Van Eckeveld. „Dat was in deze periode een oplossing geweest, maar achteraf is dat makkelijk praten omdat niemand dergelijke hoge voerprijzen had voorspeld.” De oplossing is dat de uitbetalingsprijzen voor eieren aan leghennenhouders stijgen, zodat leghennenhouders de fors hogere kostprijs kunnen terugverdienen, volgens Van Eckeveld. „Dit is een structureel probleem in de sector”, benadrukt hij. „De verdeling van de marges in de eierketen versus het risico is niet goed. Hier moeten structurele oplossingen voor komen. Leghennenhouders lopen veel te grote risico’s vergeleken met de marge die ze maken. Wanneer er iets aan de hand is, zoals nu de extreme kostenstijging, zijn leghennenhouders meteen de dupe.” Van Eckeveld pleit voor nauwere samenwerking tussen supermarkten en leghennenhouders. „Albert Heijn is hier al mee begonnen met haar zogenaamde blauwe boeren. Zij hebben de eierprijs in oktober en recent weer verhoogd. Duitse supermarkten kopen echter nog puur op prijs in. Dit moet echt veranderen. Uiteindelijk moet de retail inzien dat ze pluimveehouders nodig hebben omdat ze anders geen eieren kunnen verkopen. Duurder eieren inkopen is voor een supermarkt altijd nog interessanter dan geen of veel minder eieren kunnen verkopen.” |