Boerderij: ‘Geen afvinklijstjes, maar oplossingen’

15-04-2024

Redactie

Robert Bodde

chef rundvee- en varkenshouderij

Vera Bavinck ontwikkelde KipUp, een systeem om tijdens de legronde het welzijn van leghennen te bepalen én te verbeteren. Dat leidt tot meer kennis over de productiefactoren, minder uitval en mogelijk ook een betere eierprijs.

KipUp bepaalt vier keer per ronde het welzijn op basis van stalsysteem en bezetting, verrijkingsmateriaal, vogelmijtdruk, bevedering, gedrag van de dieren (schrikachtigheid en nieuwsgierigheid) en het percentage borstbeenbreuken. Een webbased tool werkt de data uit tot een spinnenwebdiagram. Door analyse van het verloop van het welzijn (de veranderingen in het diagram) tijdens de ronde en door te benchmarken met andere bedrijven zijn praktische verbeterpunten op te sporen. “Je bespaart een veelvoud van de kosten als je welzijn analyseert en erop acteert”, stelt Vera Bavinck.

Waarom is KipUp ontwikkeld?

“Bij stalbezoeken merkte ik borstbeenbreuken op. Andere dierenartsen zagen die niet eens meer, zo normaal zijn ze. Maar al die breuken moeten negatieve effecten hebben. Ook is er na het stoppen met snavelkappen veel uitval door pikkerij. Ik ben gedragsbioloog én dierenarts, probeer te bedenken wat de achtergrond van dat gedrag van die kip is, wat ze zoekt. Ik heb een broertje dood aan afvinklijstjes die er alleen voor de bühne zijn. Je wilt lijsten hebben die aangeven: ‘dit is jouw probleem, dit is het verschil ten opzichte van een benchmark, dit is de oplossing waaraan je kunt denken.’ Dat biedt KipUp.”

Hoe is het ontwikkeld?

“Ik heb van alle grote praktijken minimaal een dierenarts mee gehad de stallen in. Samen deden we dan de toets. Ze vonden het boeiend, een duidelijke meerwaarde ten opzichte van de eigen bedrijfsverslagen. Daarna subsidieerde het Barth-Misset fonds de doorontwikkeling van de systematiek en het testen op twaalf bedrijven. De Europese Unie subsidieerde de bouw en uitrol van de database en website.”

Wat gaat deelname aan KipUp kosten?

“Het gebruik van het programma en de benchmarking kost €300 per stal per jaar, plus zes uur voor het scoren. Die €300 dekt bij lange na niet de kosten, maar ik wilde ermee starten en zien of het een succes wordt.”

Wat levert het de veehouder op?

“Werken met kippen met welzijn levert veel arbeidsvreugde op. Daarbovenop bespaar je zo duizenden euro’s als je dierwelzijn echt analyseert en daarop acteert. Uitval wordt vaak gezien als een niet te beïnvloeden gegeven. Maar uitval is het einde van een heel proces. KipUp is bedoeld om juist het beginnetje daarvan aan te pakken.

De euro’s vliegen je om de oren

Breng de uitval, nu vaak nog boven 7%, eens terug naar 5%, dan vliegen de euro’s je om de oren. Hetzelfde als je een tiende cent per ei meer beurt, omdat je het welzijn gekwantificeerd hebt. Daaraan denken de Kipsters van deze wereld en Van Beek met zijn blije eieren. Bij 50.000 eieren per dag is dat €350 in de week. Dan ben je heel snel uit de kosten.”

Er moet wel gescreend worden. Gezien de dierenartstarieven kom je dan snel op €1.500 per stal per jaar.

“Je moet dat screenen ook niet laten doen door de dierenarts. Laat het liever uitvoeren door een voervertegenwoordiger. Ik verwacht ook meer animo vanuit die hoek, want een goed draaiend leghennenbedrijf straalt af op hun merk. Dit soort managementtools gaat daarbij helpen.”

Het mengvoer heeft groot belang bij de uitkomst. Krijg je dan wel een goede screening?

“Het gaat om intrinsieke motivatie om het koppel kritisch te beoordelen. Het is altijd goed als verse ogen meekijken. Daarom kan in plaats van de bedrijfseigen begeleider beter een andere voorlichter van dat voerbedrijf KipUP uitvoeren. Een vertrouwensrelatie geeft natuurlijk ook risico op minder kritische observaties en verlies van objectiviteit. Maar als een veehouder alleen wil horen dat alles fantastisch gaat, dan is KipUP niet geschikt. Dan moet je die afvinklijstjes gebruiken.”

KipUp lijkt prima te passen in de visie van Beter Leven-keurmerk.

“Ja. KipUp biedt naadloos aan wat BLk zegt te zoeken: gestructureerd en frequent toetsen van dierenwelzijn tijdens de productie. Ik dacht toen ik net begon: ‘Dit is gewoon hun gouden ei. Dit gaat hem worden.’ Maar respons blijft uit. Beter Leven-keurmerk lijkt te focussen op het AssureWel-programma. Daarin wordt geen kip opgepakt. Dat vindt BLk een groot voordeel. Dat kan je keuze zijn, maar dan krijg je nooit een goed gevulde, relevante database waaruit je trends kunt destilleren.”

Waar wil je naartoe?

“Ik wil over twee jaar 200 stallen in binnen- en buitenland op KipUp hebben staan. Nu draait het op twintig bedrijven. Ik was laatst in de Verenigde Staten bij een bedrijf met 40 miljoen leghennen. Twee jonge ondernemers die helemaal in de data zitten. Ook zij moeten hun eieren afzetten met onderscheidend vermogen. Zij vinden het geweldig dat ik met hun data tot zulke hexagrammen kom. Ik merk dat ik het van die kant van de sector moet hebben, van de generatie van de getallen. Ik heb een aantal ambitieuze, grote jonge ondernemers in mijn hoofd zitten om te benaderen. Daarna publiciteit zien te krijgen. En het is ook niet erg als er uitkomt: ‘het is bagger’. Als het niet werkt, kan ook de stekker eruit. Ik ga niet aan een dood paard trekken.”

Ga je met de database over dierwelzijn de markt in?

“Zeker als een groep van 150 tot 200 bedrijven deelneemt, heb je zo een flinke database opgebouwd. Ik zie absoluut kansen voor delen van de trends, de uitersten en de verschuivingen in dierenwelzijn. Bij 200 stallen kan ik laten analyseren wat er gebeurde, waarom het gebeurde. En juist die laatste vraag is de interessante. Zouden bloedluis en pikkerij gelinkt zijn? Dan maak je ineens stappen op dierwelzijn waar je voorheen niet eens aan dacht.”

 
 

Inloggen op de ledenportal