Boerderij: Pluimveehouder Desirée Feddema: ‘Dit is niet mijn eindstation’

02-09-2024
Hans Bijleveld

redacteur pluimveehouderij

Gerard Feddema kocht grond over de grens in Duitsland, omdat starten van een pluimveebedrijf in Nederland lastig was. Dochter Desirée hielp mee om de vereiste vergunningen te verkrijgen voor het pluimveebedrijf. Sinds dit voorjaar vertegenwoordigt ze de legpluimveehouders in het NVP-bestuur.

De laatste eieren rollen 19 augustus van de band en worden dezelfde dag opgehaald. De kippen van Desirée Feddema gaan nu in de rui. De komende twee weken krijgen ze een rantsoen van haver met vitaminen en mineralen en blijven ze – met ontheffing – binnen. Daarna krijgen ze een prelegvoer en starten ze weer op. Over zes weken beginnen de kippen, die nu 75 weken oud zijn, aan een tweede productieperiode.

Desirée gaat ervan uit dat ze nog eens 40 weken eieren van het koppel kan rapen. De kippen laten ruien is een strategische beslissing, genomen in overleg met de Duitse eierhandelaar die haar eieren afneemt. Zo kan ze langer profiteren van een hogere eierprijs. En worden de hoge aanschafkosten van de biohen over een langere periode uitgesmeerd. Door nu te ruien, is ze volgend jaar in de zomer leeg, in een periode dat er vaak een overschot aan bio-eieren is en de opbrengstprijs laag. Afgelopen zomer produceerde ze door op verzoek van de eierhandel.

Helpen met vergunningaanvraag

Desirée groeide op in Lutten (Ov.) op een varkensbedrijf dat in 2010 is omgezet naar legpluimvee. Haar vader Gerard en een broer van hem boeren daar nu. Gerard breidde rond de eeuwwisseling uit met legpluimvee in Linde, nabij Zuidwolde (Dr.) En in 2005 kocht hij in Zuidwolde een moederdierenbedrijf dat hij omzette naar vrije uitloop. Op het bedrijf in Zuidwolde werkt nu een neef van Desirée mee. Linde was overigens slechts van korte duur, want Gerard verkocht dat bedrijf toen hij de stap naar Duitsland wilde maken.

Desirée draaide al jong mee in het bedrijf, vanaf veertien jaar deed ze al de administratie. Ze heeft een broer en een zus, maar die hebben allebei geen interesse in bedrijfsovername. Desirée koos aanvankelijk ook voor ander werk, volgde een juridische opleiding.

Toen haar vader zich voor bedrijfsuitbreiding richtte op Duitsland, deed Desirée een hbo-studie rechten en liep ze stage bij een agrarisch adviesbureau. Desirée: “In Nederland waren de uitbreidingsmogelijkheden toen al beperkt, mede door de structurele mestproblematiek. Daarom ging mijn vader over de grens kijken. In die tijd brachten Duitse eieren meer op dan Nederlandse eieren, ook als die naar Duitsland gingen. Dat kon wel een cent schelen. Dus waarom dan niet eieren in Duitsland gaan produceren?, redeneerde mijn vader.

Hij had in Ringe, zo’n 35 km van Lutten, grond gekocht om er een kippenbedrijf te beginnen. Hij vroeg mij steeds vaker om hulp bij het regelen van de vereiste vergunningen. Ik liet steeds vaker verstek gaan tijdens mijn stage en moest op een bepaald moment kiezen tussen pa en het nieuwe bedrijf of mijn stage en studie.”

Desirée koos voor het nieuwe pluimveebedrijf. “Ik was hier vanaf dag één bij betrokken. Dit is mijn bedrijf.” Binnen twee jaar was alles geregeld. “Best snel. Dat gaat nu niet meer lukken. Ook in Duitsland komt er heel wat bij kijken, adviezen van deskundigen voor stof en geur, effecten daarvan in de zomer en in de winter. En er moeten vogeltellingen plaatsvinden. Alleen de aanvraag daarvoor kan zo al twee jaar duren.”

Desirée vertelt dat met ingang van 2029 pluimveestallen in Duitsland moeten zijn voorzien van emissiereducerende technieken. Bijvoorbeeld een luchtwasser. “Nu wordt de uitgaande lucht aan de achterkant van onze stal over een waterbad getrokken om de uitstoot van stof te beperken. Dat noemen ze wel een ‘Emsland-filter’. Dat is dan niet meer genoeg. Ik zal dan ook iets extra moeten doen.”

Meer en strengere controles

De stal is gebouwd, geheel in eigen beheer, voor vrije-uitloopkippen, maar in 2011 schakelde Desirée om naar biologische houderij en sindsdien houdt ze 27.000 bio-hennen, verdeeld over tien afdelingen. “Ik wilde een nieuwe uitdaging.” De keuze voor bio is haar goed bevallen. “Een kleiner koppel biologische kippen is beter te managen dan een groter koppel Freiland-hennen. Doorgaans heb ik met bio minder problemen en hoef ik geen medicijnen te gebruiken.” Financieel kan het uit, al waren er ook perioden dat ze met Freiland meer zou hebben kunnen verdienen.

Over de controles op de biologische houderij merkt Desirée op dat die in Duitsland erg streng zijn. “We krijgen meer en strengere controles dan in Nederland. Vijf controles per jaar in opdracht van Laves, de Noord-Duitse NVWA. Eén keer aangemeld, de andere keren onaangekondigd. Ze controleren de stempels op de eieren, de stal, de uitloop, zelfs de boekhouding. Alles moet pico bello in orde zijn.”

Reis in ondernemerschap

Desirée weet dat dit bedrijf niet haar eindstation is. “Ik wil nog wel op reis in het ondernemerschap.”
Ze zou wel verder weg in Duitsland een pluimveebedrijf willen beginnen. Of in Polen. Maar omdat ze een familiemens is, is ze ook tevreden met waar ze nu zit. Binnen een uur van haar ouders en familie.
Ze heeft zich al wel georiënteerd op uitbreiding in de regio, maar die mogelijkheden zijn zeer beperkt. Eigenlijk zijn die er niet.

“Alle grond is bezet. Inmiddels loop je in Duitsland tegen vrijwel dezelfde strenge regelgeving aan als in Nederland. In Nederland heb je pluimveerechten nodig om te kunnen uitbreiden, in Duitsland moet je over grond beschikken of overeenkomsten aangaan om je mest verantwoord af te zetten en om voer te verbouwen. Voor een nieuwe vergunning voor 30.000 kippen moet je over 70 hectare grond beschikken, binnen een straal van 200 kilometer. Dat lukt hier niet. Daarvoor moet je naar een andere deelstaat. Of naar het buitenland.” Bovendien zijn de bouweisen hier veel strenger, zegt ze. “Je bouwt hier niet beneden de €110 per henplaats.”


De stal is ingericht met een volièresysteem van Farmer Automatic. Bedoeld voor aanvankelijk 60.000 volièrekippen, maar nu zitten er 27.000 bio-kippen in. Foto: Hans Bijleveld

Bestuurswerk voor NVP

Toen ze vorig jaar werd gevraagd voor een bestuursfunctie binnen de Nederlandse Vakbond voor Pluimveehouders (NVP), zei ze niet direct ja. “Want het liefst zit ik de hele dag in de stal. Aan de andere kant wil ik me graag blijven ontwikkelen. En vind ik het belangrijk in de maatschappij te staan. Anders verstof je in je eigen stal.”

Dus zei ze ja en is sinds april lid van het dagelijks bestuur van de NVP als vertegenwoordiger van de legpluimveehouders. En zit ze namens de NVP in allerlei landelijke commissies. Het bestuurswerk kost haar 15 tot 20 uur in de week. “Ik zie het bestuurswerk als een soort win-win-situatie. Want de kennis en ervaring die ik ermee opdoe, neem ik mee naar onze bedrijven.”

Vanuit de NVP wil ze vechten voor behoud van dierlijke productie in Nederland, tegen de ngo’s die vinden dat we geen dieren in Nederland meer nodig hebben. “In Nederland en ook in Duitsland, is sprake van heel goede controle op de productie en zijn de producten veilig. In andere landen is de controle en handhaving stukken minder, en zijn ze minder open als er iets niet in de haak is. We kunnen er niet zomaar op vertrouwen dat het met de veiligheid van producten uit het buitenland goed is. Daarom wil ik me inzetten voor pluimveehouderij in Nederland. Uitdragen dat dierlijke producten uit Nederland en Duitsland veilig en betaalbaar zijn, omdat we efficiënt produceren met aandacht voor welzijn van dier en personeel en het milieu.”

Witte kippen, witte eieren

Desirée houdt al jaren geen bruine kippen meer, omdat efficiënte productie een basiskeuze van haar is. “We zijn wel gestart met bruine kippen, want dat was toen gangbaar. Vervolgens had ik een koppel half wit, half bruin en daarna alleen maar wit. Bruine kippen en bruine eieren zijn mooi, maar inmiddels heb ik een voorliefde voor witte kippen. Mijn basiskeuze is efficiëntie en daar past een bruine kip niet bij.”

 
 

Inloggen op de ledenportal